SCRIPTIE: ‘Objectiviteit’ versus activisme – journalistiek in Syrië

AFSTUDEREN JOURNALISTIEK, 2013 – In de lente van 2011 begon in Syrië de opstand tegen president Bashar al Assad, met de hoop van de Syrische burgers om het land tot een democratie om te vormen. Een bloedige burgeroorlog volgde. Journalistiek bedrijven in een burgeroorlog is een vak apart. Correspondenten uit allerlei landen trachten ‘betrouwbaar’ verslag te doen van de gebeurtenissen, om het publiek dat  in eigen land op de bank zit te informeren. Ze worden bemoeilijkt door een enorm aantal factoren die bij een burgeroorlog komen kijken: culturele en sociale omstandigheden, onveiligheid, personvrijheid, verschillende partijen en belangen. Wat is ‘betrouwbare’ journalistiek in dergelijke omstandigheden? Is dat mogelijk?

Mijn scriptie gaat over de vraag wat een journalist betrouwbaar maakt. Hierover sprak ik met journalisten die ervaring hebben in conflict- en oorlogsgebieden. Journalisten die in een conflictgebied verslag doen, houden zichzelf een bepaald doel en een bepaalde taak voor en daarmee een bepaalde manier van werken. De meningen in het journalistieke en wetenschappelijke veld zijn sterk verdeeld over wat die rol en taak zou moeten zijn. Ik beschrijf de discussie of journalisten objectiviteit en neutraliteit na moeten streven, of dat zij een meer activistische rol mogen aannemen. Is objectiviteit wel mogelijk, en zelfs wenselijk? Wat betekent het als een journalist een activistische rol aanneemt en ons haar beeld van goed en kwaad oplegt? En waar bevindt zich de scheidslijn tussen objectiviteit en activisme?

Voor mijn afstuderen aan de Fontys Hogeschool voor Journalistiek schreef ik een reflectie over betrouwbare journalistiek in burgeroorlogen, met Syrië als case studie.